Skip to Content

CT-onderzoek dikke darm

Je behandelend arts heeft voor je een CT-onderzoek van de dikke darm aangevraagd. Een ander woord voor dikke darm is colon daarom wordt dit onderzoek ook wel een CT-colonografie genoemd.

BELANGRIJK!

Het onderzoek vindt plaats op locatie Uden. Wij verzoeken je vriendelijk, nadat je digitaal bent aangemeld, je 10 minuten vóór het afgesproken tijdstip te melden bij de balie van de afdeling radiologie. Laat zoveel mogelijk sieraden en andere kostbare spullen thuis.
Buiten kantoortijden (8.00-17.30 uur) dien je je te melden bij de receptie aan de hoofdingang.

Je dient voor het onderzoek Telebrix Gastro in te nemen volgens het schema. Dit schema staat verderop in deze folder beschreven. Indien je geen Telebrix Gastro hebt meegekregen, kom je dit dan alstublieft ophalen bij de afdeling Radiologie.

Als extra laxeren nodig is, heb je ook een recept voor bisacodyl 10 mg (2 tabletten van 5mg) gekregen op de polikliniek.

Met behulp van een CT-scan kan de gehele dikke darm gescand worden en hiervan een driedimensionaal beeld worden gemaakt. 

De informatie in deze folder is algemeen. Dat wil zeggen dat het onderzoek is beschreven zoals dit meestal verloopt. Het kan zijn dat de radioloog een andere methode kiest, die beter aansluit bij je situatie. Ook risico's en bijwerkingen zijn in algemene zin beschreven. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door een radiologisch laborant. Een eventuele begeleider kan niet aanwezig zijn in de onderzoeksruimte tijdens het uitvoeren van het onderzoek. Alleen in bijzondere situaties is dit eventueel mogelijk. Helpen met omkleden is vanzelfsprekend altijd toegestaan.

Wat is een CT–onderzoek?

CT staat voor Computer Tomografie. Bij een CT–onderzoek wordt er met behulp van röntgenstralen en contrastvloeistof, doorsnede foto's gemaakt. Deze foto's geven informatie over de vorm, structuur en ligging van de inwendige organen of weefsels in het te onderzoeken lichaamsgebied. Om een goede afbeelding van de buik te krijgen zijn verschillende contrastmiddelen nodig. Een contrastmiddel moet thuis al ingenomen worden in verband met de inwerktijd. Dit contrastmiddel kun je ophalen bij de afdeling radiologie in Uden, of aan de balie van de polikliniek in Oss. Het CT–apparaat maakt geluid en ziet eruit als een grote kast met een ronde opening.

Ben je zwanger?

Als je zwanger bent of je denkt zwanger te zijn, neem dan eerst telefonisch contact op met de afdeling radiologie.

Heb je een stoma?

Als je een stoma hebt, neem dan een schoon zakje mee voor na het onderzoek.

Zijn er risico's en complicaties?

De hoeveelheid röntgenstraling die wordt gebruikt bij het maken van de foto's is zo weinig dat de kans op schadelijke effecten heel klein is, ook als je meerdere onderzoeken hebt ondergaan. 
Het contrastmiddel dat in je arm gespoten wordt kan in een zeer zeldzaam geval een allergische reactie geven.

Contrastmiddel

Algemeen

  • Voor een betere beoordeling van de beelden, die gemaakt worden tijdens het onderzoek, is het soms nodig om een contrastmiddel via een infuus in je bloedbaan te spuiten. We bedoelen hierbij niet het drinken van deze vloeistof.
  • Moderne jodiumhoudende contrastmiddelen zijn veilige middelen, waarbij slechts zelden bijwerkingen worden gezien.
  • Wanneer bij eerder onderzoek is gebleken dat je overgevoelig bent voor jodiumhoudend contrastvloeistof, moet je dit doorgeven aan je behandelend arts en de laborant die je ophaalt voor het onderzoek.
  • Bij zwangerschap of het geven van borstvoeding geeft het toedienen van het contrastmiddel geen problemen.
  • Het contrastmiddel dat je krijgt tijdens dit onderzoek heeft invloed op eventuele bloeduitslagen. Wanneer je nog bloed moet laten prikken kun je dit het beste doen vóór het onderzoek of 24 uur na het onderzoek. Lukt dit niet, vertel dan bij het laboratorium dat je een onderzoek met contrastvloeistof heeft gehad.
  • De contrastvloeistof, die je tijdens het onderzoek krijgt toegediend via het infuus, heeft mogelijk ook invloed op uitslagen van urineonderzoek. Wanneer je urine bij het laboratorium moet inleveren, kun je dit het beste doen vóór het onderzoek of 3x 24 uur ná het onderzoek. Lukt dit niet, vertel dan bij het laboratorium dat je een onderzoek met contrastvloeistof hebt gehad.
  • Soms kan de geringe hoeveelheid vrij jodium in de contrastvloeistof een versnelde werking van de schildklier uitlokken. Dit is vooral het geval als je schildklier al te snel werkt of als je hiervoor behandeld wordt. Het is niet aangetoond dat er geneesmiddelen zijn die dit kunnen voorkómen. Meld je je bij tekenen van versnelde schildklierwerking (zoals vermoeidheid, gewichtsverlies, niet verdragen van warmte, transpireren, nerveusheid, hartkloppingen) bij je internist of huisarts.

Medicijnen

De volgende medicijnen mag je op de dag vóór en de dag van het onderzoek niet innemen:

  • NSAID’s (tegen pijn en om ontstekingen te remmen. voorbeelden: diclofenac, ibuprofen, naproxen en etoricoxib )

Bij vragen hierover verwijzen we je door naar de aanvrager van het onderzoek.

Risicogroep

Het contrastmiddel kan bij bepaalde patiëntengroepen een verhoogd risico geven op een allergische reactie of nierschade. Als je in de risicogroep valt, kan het nodig zijn dat extra maatregelen getroffen worden ter voorbereiding op het onderzoek. Hierover word je apart geïnformeerd door de aanvrager van het onderzoek en via de folder: 'allergische reactie bij contrastonderzoeken voorkomen' en/of ‘Contrastmiddel en extra voorzorgsmaatregelen’.

Voorbereiding: vezelarm dieet + inname contrastvloeistof (Telebrix Gastro)

Voor het onderzoek is het erg belangrijk dat je je zo goed mogelijk aan het vezelarme dieet houdt en het contrastmiddel (Telebrix Gastro) volgens schema inneemt. Lees de bijsluiter goed door. Als je denkt dat er een reden is waarom je dit middel niet mag gebruiken, neem dan contact op met de aanvragend arts.

1. Het vezelarme dieet

Het dieet start 1 dag voor het CT-onderzoek en bestaat uit vezelarme voeding. De vezelarme voeding zorgt ervoor dat het contrastmiddel zich goed verspreidt door de darminhoud .

Na de avondmaaltijd vóór het onderzoek zijn alleen vloeistoffen toegestaan zoals sappen (appelsap, heldere vruchtenmixdranken), limonade van siroop, frisdrank (ook light), water, bouillon, thee en koffie. Dit geldt tot 2 uur voor het CT onderzoek, daarna mag je niets meer eten of drinken. Heb je pas ‘s middags een CT-colonografie, kun je als ontbijt vloeibare etenswaren gebruiken zoals vla, yoghurt en kwark (zonder stukjes). Hierbij geldt ook tot 2 uur voor het onderzoek nog drinken, daarna niets meer.

Algemeen

Het uitgangspunt van het dieet is dat vezels en vezelachtige bestanddelen in voeding beperkt worden.

  • Veel voedingsmiddelen bevatten noten, zaden of grove vezels, kies niet voor deze producten maar neem een naturel variant.
  • Groente en fruit bevatten veel vezels en deze zijn dus maar met mate toegestaan. Fruit in de vorm van vruchtensappen zonder vruchtvlees en groente beperkt tot de toegestane soorten.
  • Zorg ervoor voldoende te drinken (minimaal 10 – 12 glazen per dag).

Vezelrijke voedingsbestanddelen die je niet mag eten:

  • Volkoren graanproducten:
    - bruin-, volkoren- en roggebrood
    - tarwe- en maïszemelen
    - muesli
    - volkoren- en meergranenpasta’s
    - havermoutpap
    - zilvervliesrijst
  • Vezelige groenten:
    - asperges, bleekselderij, zuurkool, snijbonen, sperziebonen, prei, doperwten, peulvruchten, taugé, maïs, champignons, tomaten, rauwkost.
  • Bepaalde fruit soorten:
    - onrijp fruit
    - sinaasappel, grapefruit, mandarijn, ananas, mango, kiwi
    - gedroogde (zuid)vruchten zoals dadels, vijgen, pruimen, krenten, rozijnen, kokos
  • Noten, pinda’s en zaden:
    - alle pindasoorten
    - alle nootsoorten
    - sesamzaad, maanzaad, zonnebloempitten
  • Overigen:
    - scherpe specerijen
    - popcorn

Wat kun je dan wel eten?

  • Graanproducten
    - wit brood, beschuit, toast (naturel)
    - witte rijst, pasta (bv spaghetti, macaroni)
    - pannenkoeken
    - custardpap, lammetjespap (rijstebloempap)
  • Groenten en fruit
    - aardappelen
    - gaar gekookte groenten, zoals wortelen, bloemkool, lof, andijvie en spinazie
    - vers fruit mits goed rijp, geschild en ontpit zoals appel, banaan, peer
  • Alle soorten vlees, vis en kip
  • Soepen
    - bouillon
    - soepen met stukjes vlees/kip, soepballetjes, vermicelli, macaroni en rijst
  • Beleg
    - kaas
    - vleeswaren
    - alle zoete beleg (behalve pindakaas, marmelade en jam met stukjes fruit)
    - eieren
    - suiker
    - vlees/kip/vis
  • Dranken
    - vruchtensappen zonder vruchtvlees
    - limonades
    - frisdranken
    - thee en koffie
    - mineraal water
    - melk en melkproducten (vla, yoghurt (geen vruchtenyoghurt))
    - alcoholische dranken
  • Tussendoortjes
    - chocolade (zonder nootjes)
    - snoep
    - ijs
    - cake (geen koekjes)
  • Specerijen:
    zout, peper, paprikapoeder, nootmuskaat, kaneel, peterselie, mosterd, ketchup, groene kruidenmixen.

2. Inname contrastvloeistof (Telebrix Gastro)

Eventueel laxeertabletten (bisacodyl) indien nodig (wanneer dit nodig is, heb je dit van je behandelaar gehoord op de polikliniek).

Bij het maken van de afspraak heb je 3 flesjes van 50 ml. Telebrix Gastro meegekregen. Dit is een jodiumhoudend contrastmiddel. Indien je geen Telebrix Gastro hebt meegekregen, kom je dit dan alstublieft ophalen bij de afdeling Radiologie.

Je begint 1 dag voorafgaand aan het onderzoek met inname van de Telebrix Gastro:

  • Als je laxeertabletten hebt meegekregen, mag je die de avond voordat het dieet start innemen (dus 2 dagen voor het onderzoek om 17.00 uur ‘s avonds).
  • Gedurende 1 dag voorafgaand aan het onderzoek neem je bij het ontbijt 1 flesje Telebrix Gastro à 50 ml, bij de lunch 1 flesje en bij het avondeten 1 flesje. Je mag de inhoud van het flesje ook in een groot glas limonade schenken en vervolgens opdrinken (je hoeft de Telebrix Gastro niet aan te lengen met 950 ml water zoals in de bijsluiter vermeld staat!).
  • Telebrix Gastro veroorzaakt bij veel patiënten diarree.
  • Medicijnen worden tijdens de darmvoorbereiding mogelijk minder goed opgenomen. Het is daarom verstandig rekening te houden met een verminderde werking van het medicijn, bijvoorbeeld in geval van de anticonceptiepil.

SAMENGEVAT: Voorbereidingsschema in het kort:

Hieronder staat het voorbereidingsschema nog eens beknopt weergegeven:

1 dag vóór het onderzoek:

  • ontbijt met vezelarm dieet + 50 ml Telebrix Gastro
  • lunch met vezelarm dieet + 50 ml Telebrix Gastro
  • avondeten met vezelarm dieet + 50 ml Telebrix Gastro

Dag van het onderzoek:

  • tot 2 uur voor het onderzoek alléén vloeistoffen toegestaan zoals sappen (appelsap, heldere vruchtenmixdranken), limonade van siroop, frisdrank (ook light), water, bouillon, thee en koffie. Daarna niets meer eten of drinken.
    Nb: Als je pas ‘s middags (na 13.00 uur) een CT-colonografie hebt kun je als ontbijt vloeibare etenswaren gebruiken zoals vla, yoghurt en kwark (zonder stukjes).
  • Probeer je de dag van het onderzoek enkele malen naar het toilet te gaan voor ontlasting.

Voor een goede beoordeling van de dikke darm, is het belangrijk dat je je goed aan het voorbereidingschema houdt zoals hierboven is aangegeven.

- Ten behoeve van dit onderzoek krijg je een medicijn (Buscopan) ingespoten. Het kan zijn dat je daarna wazig ziet, dit gaat binnen enkele uren weer over. Je kunt dan echter niet deelnemen in het verkeer. Zorg daarom voor vervoer naar huis.

Onderzoek

Waar meld je jezelf?

3 dagen voor je afspraak krijg je een sms van Bernhoven met een link. Via deze link meld je je digitaal aan voor je afspraak. Lukt het niet om jezelf thuis aan te melden? Meld je dan met je geldige legitimatiebewijs aan bij de aanmeldzuil in de centrale hal van Bernhoven, routenummer 001. Deze aanmeldzuil print voor jou een dagticket met jouw afspraak of afspraken.

Op het afgesproken tijdstip meld je je bij de balie van de afdeling radiologie.

Let op: Wanneer met je is afgesproken dat je extra vocht moet krijgen via een infuus, meld je dan eerst op de afgesproken tijd op de afdeling die aan je is doorgegeven.

Hoe verloopt het CT – onderzoek?

De laborant komt je halen uit de wachtruimte en vertelt steeds wat er gaat gebeuren.
Meestal krijg je voor het maken van de foto's contrastvloeistof toegediend via een infuus in je arm. Dit contrastmiddel is nodig om de foto's zo duidelijk mogelijk te maken. Hiervan kun je het even warm krijgen over heel je lichaam. Binnen een minuut trekt dit weer weg.
Ook krijg je via dit infuusnaaldje een medicijn toegediend, Buscopan of Glucagon. Dit medicijn zorgt ervoor dat de darmen zich ontspannen zodat ze beter te zien zijn op de CT scan. Eerst moet je op je zij gaan liggen. De laborant brengt voorzichtig een kort dun buisje in je anus. Hier voel je weinig van. Via dit buisje wordt er lucht (CO2) in je dikke darm geblazen. Dit kan een krampend, opgeblazen gevoel geven. Dan ga je op je rug liggen. De eerste scan wordt in rugligging gemaakt. Vervolgens draai je op je buik en wordt de tweede scan gemaakt. Op deze manier kan de radioloog de volledige dikke darm goed beoordelen. Na het maken van de tweede opname gaan het buisje en het infuus eruit.

Tijdens het maken van de opnames lig je op een onderzoektafel. Je bovenkleding (zoals een hemd of een T-shirt) mag je aanhouden. Een bh mag je niet aanhouden omdat hier ijzer in is verwerkt. De laborant schuift je in de opening van het apparaat. Voor elke opname word je telkens een stukje verplaatst totdat het te onderzoeken lichaamsgebied volledig is opgenomen. Tijdens het onderzoek moet je stil blijven liggen. Soms vraagt de laborant je om de adem enkele seconden in te houden. Na iedere opname kun je dan even ontspannen. Je moet wel in dezelfde houding blijven liggen.

Hoe lang duurt het onderzoek?

Het onderzoek duurt ongeveer een 30 tot 45 minuten.

Na het onderzoek

De laborant vertelt wanneer je kunt gaan. Je kunt je dagelijkse bezigheden en je normale voedingspatroon weer hervatten. Je kunt nog enige krampen en dunne ontlasting hebben. Het is verstandig extra ondergoed mee te nemen.Een eventueel ingespoten contrastmiddel verdwijnt uit je lichaam via de nieren en blaas.

Uitslag

De radioloog beoordeelt de foto’s. Hiervan verstuurt de radioloog een verslag naar je behandelend arts, die de uitslag met je bespreekt.

Het verslag is ook in te zien via het patiëntenportaal MijnBernhoven. Kijk voor meer informatie over MijnBernhoven op patientenportaal MijnBernhoven.

Heb je nog vragen?

Wanneer je na het lezen van deze informatie nog vragen hebt, neem dan gerust contact op met de afdeling radiologie.
Telefoonnummer: 0413 - 40 19 61