Skip to Content

Depressie bij ouderen

Bij jou of je familielid is een depressie vastgesteld. In deze folder lees je wat een depressie is en welke behandelingen er zijn.

Depressie

Veel ouderen hebben last van somberheid, lusteloosheid en eenzaamheid. Dat is niet zo vreemd. Door de jaren heen hebben ze veel in moeten leveren. Toch is het niet vanzelfsprekend dat ouderen somber en lusteloos zijn. Wanneer de somberheid het dagelijks functioneren negatief beïnvloedt en enkele weken duurt kan er sprake zijn van een depressie. Een depressie bij ouderen wordt vaak niet herkend, doordat ouderen zich anders presenteren. Zo uiten ze vaker lichamelijke klachten, zoals vermoeidheid, gewichtsverlies, buikpijn, hoofdpijn, onverklaarbare pijn of vergeetachtigheid. Hierdoor wordt vaak eerst gedacht aan een lichamelijke oorzaak of dementie. Ook wordt regelmatig gedacht dat somberheid bij het ouder worden hoort. Ouderen vinden het vaak lastig om over hun gevoelens te praten uit schaamte. Ze zien een depressie als teken van zwakte. Soms merken ouderen zelf niet dat ze somber of depressief zijn. Het kan dan zo geleidelijk gaan, dat de klachten moeilijk te onderkennen zijn.

Hoe vaak komt het voor en wat is het beloop?

Depressie komt op oudere leeftijd veel vaker voor dan je denkt. Tussen de 15 en 20 procent van de ouderen heeft een lichte vorm van depressie. Een ernstige vorm komt voor bij 2 tot 3 procent van de ouderen. De klachten, ernst en duur kunnen per persoon verschillen.

Wat zijn de verschijnselen?

  1. Concentratieproblemen, besluiteloosheid, vergeetachtigheid
  2. Moeite met in slaap vallen, doorslapen of moeite met opstaan. Sommige mensen hebben juist last van overmatig slapen
  3. Lichamelijke klachten, zoals obstipatie, een droge mond, trillen, hoofdpijn, hartkloppingen of duizeligheid. Steeds terugkerende lichamelijke klachten. Mensen komen soms met regelmaat bij de huisarts
  4. Somberheid, lusteloosheid, prikkelbaarheid
  5. Gedachten aan de dood
  6. Vermoeidheid
  7. Verminderde belangstelling in de omgeving (familie, hobby’s), nergens meer van kunnen genieten
  8. Piekeren
  9. Slechte eetlust en/of gewichtsverlies
  10. Rusteloosheid of juist traagheid
  11. Een leeg gevoel van binnen
  12. Gevoelens van angst, wanhoop, lage eigenwaarde of onterechte schuldgevoelens

Vooral de eerste 5 verschijnselen komen veel voor bij ouderen met een depressie.

Wat zijn de oorzaken?

Bij het ontstaan van een depressie bij ouderen spelen vaak meerdere factoren een rol. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn:

  • Gebeurtenissen in het leven, zoals het overlijden van dierbaren, een verhuizing, pensionering of financiële problemen. Ook nare ervaringen uit het verleden kunnen op oudere leeftijd weer naar boven komen en een depressie veroorzaken
  • Het hebben van weinig sociale contacten of een gevoel van eenzaamheid
  • Lichamelijke aandoeningen (bijvoorbeeld een hersenbloeding, kanker, de Ziekte van Parkinson, dementie, pijn, schildklieraandoeningen)
  • Medicijngebruik
  • Beperkingen in het dagelijks functioneren, zoals slechter kunnen lopen of zien of het niet meer kunnen uitoefenen van hobby’s
  • Persoonlijkheidsfactoren (hoe iemand om gaat met tegenslagen)
  • Erfelijkheid

Onderzoek

Het is belangrijk dat er een lichamelijk onderzoek en bloedonderzoek worden gedaan. Ook moet de medicatie worden bekeken om een onderliggende lichamelijke oorzaak uit te sluiten. In sommige gevallen kan een eerste depressie op oudere leeftijd een eerste teken zijn van beginnende geheugenachteruitgang. Daarom kan het nodig zijn om een geheugenonderzoek te doen, nadat de depressie behandeld is.

Behandeling

Een depressie is vaak goed te behandelen bij ouderen. De kans dat een depressie op oudere leeftijd vanzelf overgaat, is kleiner. Daarom is het belangrijk om hulp te zoeken. Uw behandelend arts kijkt samen met u welke behandeling voor u het beste is.

Lichte depressie

Bij een lichte depressie die nog niet zo lang bestaat, zijn medicijnen minder effectief. Het helpt vaak om meer te gaan bewegen, meer sociale contacten aan te gaan (bijvoorbeeld dagbesteding) of een depressiecursus te volgen. Dit kan in groepsverband of via internet. Begeleiding kan plaatsvinden door de praktijkondersteuner (indien aanwezig in uw huisartsenpraktijk). Als het nodig is, kan deze u doorverwijzen naar de basisGGZ. Voor meer informatie zie ook www.indigo.nl. Bij seizoensgebonden klachten kan lichttherapie effectief zijn.

Ernstige depressie

Bij een ernstigere depressie kan gekozen worden voor gesprekken met een psycholoog, behandeling met medicijnen of een combinatie van beiden. In sommige gevallen wordt de patiënt doorverwezen naar de ouderenpsychiatrie.

Medicijnen

Hoe ernstiger de depressie, hoe vaker medicijnen (antidepressiva) effectief zijn. Welke medicijnen gegeven worden, hangt af van uw klachten en de ernst van de depressie. Het is belangrijk te weten dat bij medicijnen het effect meestal pas merkbaar is na 4-6 weken. De omgeving ziet vaak al eerder een verbetering dan de patiënt zelf. Antidepressiva zijn niet verslavend, maar kunnen wel bijwerkingen veroorzaken, zoals sufheid, slaperigheid, duizeligheid of hoofdpijn. De bijwerkingen verschillen per gebruiker en per soort medicijn en treden vooral op bij het begin van de behandeling. Meestal verdwijnen ze na verloop van tijd. Bij sommige medicijnen is het nodig dat er bloedcontroles plaatsvinden.

Het is belangrijk dat u de medicijnen niet zelf stopt, want dit kan ontwenningsverschijnselen geven. Overleg altijd met uw arts als u wilt stoppen met de medicijnen. Als u te snel stopt (binnen een half jaar), is de kans groter dat de depressie weer terugkomt. In overleg met uw arts wordt ongeveer een half jaar nadat uw stemming weer verbeterd is, geprobeerd de medicijnen af te bouwen. Als de depressie terugkomt, worden de medicijnen vaak levenslang gegeven.

Psychologische begeleiding

Uit onderzoek is gebleken dat behandeling door de psycholoog bij ouderen vaak net zo effectief is als behandeling met medicijnen.

Tips voor hoe met depressie om te gaan

  • Isoleer jezelf niet, maar probeer mensen op te zoeken, ook als je er eigenlijk geen zin in hebt. Bespreek je depressie met anderen, zodat zij begrijpen wat er aan de hand is.
  • Zorg voor regelmaat: sta op tijd op, eet 3 keer per dag en ga op tijd slapen. Probeer goed voor jezelf te blijven zorgen.
  • Ga elke dag een stuk wandelen of fietsen.
  • Doe elke dag iets wat je leuk vindt of wat je vroeger leuk vond. Doe niet meer dan je aankunt.
  • Accepteer dat je herstel tijd kost.
  • Als je eerder een depressie gehad hebt, ben je daar gevoeliger voor. Op tijd inzetten van zorg en hulp is wenselijk.

Tips voor familie

Een depressie raakt niet alleen de persoon zelf, maar ook hun directe omgeving. Het kan moeilijk zijn om met iemand om te gaan die de hele dag somber is en nergens toe komt. Voor anderen is het vaak lastig te begrijpen hoe iemand zich voelt, wat kan leiden tot gevoelens van onbegrip. Laat merken dat u een luisterend oor biedt en dat uw familielid bij u terecht kan. Probeer gevoelens van eenzaamheid en somberheid niet weg te praten, en probeer uw dierbare ook niet op te vrolijken. Dit werkt vaak averechts. Zoek zo nodig steun voor uzelf. Ga samen wandelen, fietsen of bewegen; dit kan de stemming bevorderen.

Boeken

Zorgboek Depressie van de Stichting September, te koop bij de meeste apotheken en boekhandels. Meer informatie is ook hier te vinden.

Heb je nog vragen?

Bij vragen of onduidelijkheden kun je bellen met de secretaresse van de polikliniek geriatrie. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag van 9.00 – 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer 0413 – 40 19 84. 

Geheimhouding en recht op privacy

Alle medewerkers van ons ziekenhuis, inclusief artsen en verpleegkundigen, hebben een geheimhoudingsplicht. Dit betekent dat zij geen informatie over jou mogen delen met anderen, tenzij jij daar schriftelijk toestemming voor geeft. Alleen de medewerkers die betrokken zijn bij jouw behandeling mogen onderling gegevens uitwisselen, maar alleen als dit nodig is voor jouw behandeling.