Skip to Content

Medicijnen bij botontkalking of bij de behandeling van kanker (bisfosfonaat)

Samen met je behandelaar heb je besloten dat je een bisfosfonaat gaat krijgen. Je krijgt een bisfosfonaat als onderdeel van je behandeling voor kanker.

Voorbeelden van een bisfosfonaat zijn alendroninezuur, ibandroninezuur, risedroninezuur, pamidroninezuur en zoledroninezuur. In deze folder lees je meer over deze medicijnen.

Wat zijn bisfosfonaten?

Bisfosfonaten zijn medicijnen die de botafbraak remmen. Deze medicijnen worden ingezet om botontkalking en uitzaaiingen in de botten tegen te gaan. Bisfosfonaten worden door de botten opgenomen en remmen de botafbrekende cellen.

Bisfosfonaten kunnen bij de behandeling van kanker om verschillende redenen worden gegeven

  • Je krijgt dit als onderdeel van een genezende (aanvullende) behandeling bij borstkanker, om de kans op terugkeer van de kanker kleiner te maken.
  • Je krijgt dit als onderdeel van de behandeling als genezing niet meer mogelijk is, meestal als er sprake is van uitzaaiingen in je botten. In dat geval zorgen de bisfosfonaten ervoor dat je bijvoorbeeld minder snel een botbreuk krijgt door de uitzaaiingen.
  • Je krijgt dit als behandeling tegen pijnklachten door een uitzaaiing in de botten.
  • Je krijgt dit als behandeling van een verhoogd calcium in je bloed, als dit wordt veroorzaakt door uitzaaiingen in je botten.
  • Als onderdeel van de behandeling van de ziekte van Kahler (multipel myeloom). Het doel is onder andere om pijnklachten en verdere schade aan het skelet te voorkomen of te verminderen. Een bisfosfonaat krijg je dan meestal twee jaar.
  • Je krijgt dit als er bij jou, naast de diagnose kanker, ook botontkalking (osteoporose) is vastgesteld. Sommige mensen met kanker hebben een verhoogde kans op botontkalking.

Hoe gebruik je bisfosfonaten?

Een bisfosfonaat kun je in tabletvorm krijgen, als een infuus of als een onderhuidse injectie. Je behandelaar bespreekt met je welke vorm en hoeveelheid voor jou het beste is.

Een bisfosfonaat in tabletvorm neem je een of twee keer per maand of een keer per week thuis in op een vaste dag. Neem de tablet ’s ochtends in, direct na het opstaan en voor het ontbijt. Neem de tablet helemaal in met een vol glas water terwijl je rechtop staat of zit. Slik de tablet door zonder te kauwen. Als je de tablet hebt ingeslikt, moet je nog een half uur rechtop blijven zitten, staan of lopen. Hiermee voorkom je irritatie van de slokdarm. Ga dus niet liggen. Na een half uur mag je ontbijten en je andere medicijnen innemen.

Een bisfosfonaat via een infuus kan in het ziekenhuis of bij jou thuis worden gegeven. Hoe lang dit infuus duurt, hangt af van het medicijn en de sterkte.

Bijwerkingen

  • Je kunt bijwerkingen krijgen. Welke bijwerking(en) je kunt krijgen, verschilt per persoon.
  • Hoofdpijn, maag- en darmklachten, een grieperig gevoel (met name bij de eerste dosis) en verergering van een al bestaande astma zijn de meest voorkomende bijwerkingen.
  • Als je last hebt van griepverschijnselen terwijl je een infuus krijgt, kun je vooraf twee tabletten paracetamol nemen om de klachten te verminderen. Ook in de dagen daarna mag je, als het nodig is, paracetamol gebruiken.
  • In zeer zeldzame gevallen kan een allergische reactie optreden. Dit herken je aan huiduitslag, blaren, wazig zien, koorts, een opgezwollen mond, keel of gezicht, ademhalingsproblemen, gevoeligheid voor zonlicht of flauwvallen. Neem in dit geval direct contact op met je behandelaar of bel 112.

Osteonecrose van de kaak

Deze bijwerking komt heel weinig voor, maar is wel vervelend. Bij 1 tot 2 procent van de patiënten met kanker die een bisfosfonaat gebruiken, kan deze bijwerking voorkomen. Bij osteonecrose van de kaak is er sprake van beschadiging van het kaakbot. Dit leidt tot verlies van tandvlees en botweefsel.

Patiënten die ingrepen door de tandarts of kaakchirurg ondergaan (bijvoorbeeld het trekken van een tand of kies) of tandvleesproblemen hebben, hebben meer kans op osteonecrose van de kaak. Ook mensen die roken of andere behandelingen tegen kanker krijgen, zoals chemotherapie, prednison of dexamethason, hebben meer kans op osteonecrose van de kaak. Ook als de behandeling gestopt is, bestaat er nog een kans dat je last krijgt van deze bijwerking.

Voor je gebit is daarom het volgende belangrijk

  • We adviseren je om voor de start van de behandeling met bisfosfonaten je gebit te laten nakijken bij de tandarts. Ook is het verstandig om tijdens de behandeling minstens ieder half jaar op controle te gaan. Vertel je tandarts altijd dat je bisfosfonaten gebruikt en vraag of hij akkoord gaat met deze behandeling.
  • Daarnaast is het belangrijk om te zorgen voor een goede mondhygiëne. Als je een kunstgebit hebt, is het belangrijk dat het gebit goed past in je mond. Neem contact op met je behandelaar en tandarts als je problemen krijgt met je mond en/of gebit, zoals loszittende tanden, pijn of zwelling. Is er een ingreep aan je gebit nodig, overleg dan eerst met je behandelaar of je de behandeling met bisfosfonaat tijdelijk kunt onderbreken.

Tekort aan calcium

Calcium is een mineraal dat nodig is voor de opbouw en het onderhoud van je botten en je gebit. Bij 1 tot 10 procent van de patiënten kan een tekort aan calcium in het bloed ontstaan. Dit komt doordat het bisfosfonaat de botafbraak remt en er calcium nodig is voor de botopbouw. Daarom krijg je naast het bisfosfonaat vaak ook calcium en vitamine D. Patiënten met een nierfunctiestoornis of dialysepatiënten lopen meer risico op deze bijwerkingen. Tijdens de behandeling met bisfosfonaten controleren wij je bloed, als het nodig is, op onder andere calcium.

Wat moet je doen als je last hebt van bijwerkingen?

Als er bijwerkingen optreden, duren die meestal kort. Als de klachten langer duren dan enkele dagen, moet je contact opnemen met je behandelaar of oncologieverpleegkundige. Daarnaast zijn onderstaande adviezen belangrijk:

  • Bij een temperatuur van 38,5 °C en hoger, en wanneer je niet wordt behandeld met chemotherapie, kun je twee tabletten paracetamol à 500 mg nemen. Je mag dit maximaal elke zes uur herhalen. Als de klachten verergeren of langer dan een dag aanhouden, neem dan contact op met je huisarts of je behandelend specialist.
  • Als je wel wordt behandeld met chemotherapie en je hebt een temperatuur van 38,5 °C of hoger, neem dan direct contact op met de oncologieverpleegkundige op onderstaand telefoonnummer.
  • Het is verstandig om minimaal 1,5 liter per dag te drinken.
  • Het is belangrijk om je gebit goed te verzorgen. Meld bij je tandarts dat je behandeld wordt met een bisfosfonaat.
  • Wanneer je gebitsproblemen hebt, is het belangrijk dat je dit zo snel mogelijk meldt aan je behandelaar.
  • Bij een tandheelkundige ingreep dient de tandarts altijd te overleggen met je behandelaar.
  • Neem ook contact op als je andere klachten hebt die lang aanhouden of waarvan je last hebt.

Heb je nog vragen?

Als je nog vragen hebt na het lezen van deze folder stel deze dan gerust aan je behandelaar of neem contact op met de oncologieverpleegkundige op telefoonnummer 0413 – 40 22 90. De oncologieverpleegkundige is bereikbaar van maandag t/m vrijdag tussen 9:00-10:00 uur en tussen 14:00-15:00 uur.