Operatie: tennisarm of golfersarm

Samen met je behandelend arts heb je besloten dat bij jou een operatie aan je arm nodig is. In deze folder lees je hoe de operatie verloopt.  

Waarom krijg je deze operatie?

Omdat je last hebt van klachten door een tennisarm of een golfersarm krijg je deze operatie.

Wat is een tennisarm?

Een tennisarm is een ontsteking bij de elleboog van de strekspieren of pezen van de pols. Meestal ontstaat een tennisarm door verkeerd gebruik of door overbelasting van je arm. De spieren aan de bovenzijde van de onderarm worden dan te zwaar belast. Het aanhechtingspunt van de onderarmspieren (bij de elleboog) wordt daardoor geïrriteerd en gaat ontsteken.

Deze irritatie veroorzaakt pijn aan de buitenkant van de elleboog, net vóór het botje dat op die plek zit. Een tennisarm geeft pijnklachten wanneer je je pols naar achteren beweegt en je onderarm naar buiten draait. Dit is bijvoorbeeld bij het geven van een hand, het uitwringen van een handdoek en het bovenhands optillen van iets.

Wat is een golfersarm?

Een golfersarm is een ontsteking van de buigspieren van de arm. Meestal ontstaat een golfersarm door verkeerd gebruik of overbelasting van je arm. De spieren aan de binnenzijde van de elleboog en onderarm worden dan te zwaar belast.

De irritatie veroorzaakt pijn aan de binnenzijde van de elleboog. Vooral bij het naar binnen draaien van de onderarm. Dit is bijvoorbeeld bij het onderhands tillen.

Wat gebeurt er tijdens de operatie?

Tijdens de operatie krijg je een band om je bovenarm. Deze band wordt opgepompt. Hierdoor loopt er geen bloed naar je hand en pols. De druk van de band kan onprettig aanvoelen, maar is niet pijnlijk. Je elleboog wordt gedesinfecteerd.

Als je wordt geopereerd aan een tennisarm, maakt de arts een kleine snee aan de
buitenkant van jouw elleboog. Wanneer je wordt geopereerd voor een golfersarm, maakt de arts een kleine snee aan de binnenkant van jouw elleboog. De plaats waar de onderarmpees vastzit aan de elleboog wordt losgesneden. Dit heeft geen gevolgen voor het bewegen van je arm in de toekomst. Vervolgens wordt de huid gesloten met een hechting. De verpleegkundige legt een drukverband en een mitella (draagdoek) aan. Daarna wordt de band verwijderd.

Voor deze operatie moet je een paar uur in het ziekenhuis verblijven. De behandeling vindt plaats op de operatiekamer. Voordat je daarheen gaat, krijg je operatiekleding aan. Dat is nodig in verband met de steriliteit op de operatiekamer. 

De operatie duurt ongeveer 30 minuten en wordt bij voorkeur uitgevoerd onder een plaatselijke verdoving (ruggenprik). Dit betekent dat alleen je arm gevoelloos wordt. De keuze van de verdoving wordt in overleg met jou bepaald. 

Na de operatie kun je de eerste weken meer pijnklachten hebben dan voor de operatie. Dit is normaal, daarna wordt het steeds beter. Het duurt gemiddeld 6 tot 8 weken totdat je hersteld bent. In principe heeft 80 procent van de mensen een half jaar na de operatie geen pijn meer. De overige 20 procent blijft restklachten houden aan de arm.

Voorbereiding op de operatie

Opname in het ziekenhuis

Voor deze operatie word je een paar uur opgenomen in het ziekenhuis. De afdeling opname planning geeft je de datum door waarop je wordt opgenomen. We maken ook een afspraak met je voor het spreekuur PPO (preoperatief poliklinisch onderzoek). Op dit spreekuur heb je een gesprek met een doktersassistente, een verpleegkundige en met de anesthesioloog (de specialist die voor de verdoving zorgt).

Overzicht medicijnen meenemen

Neem bij een opname of polibezoek altijd een overzicht mee van de medicijnen die je op dit moment gebruikt. Dit kun je bij de apotheek halen. Als de arts jou medicatie wil voorschrijven, leest hij of zij in het overzicht welke medicijnen je al gebruikt. Zo voorkomen we dat je medicijnen voorgeschreven krijgt die niet goed met elkaar samengaan.

Het overzicht van de medicijnen die je op dit moment gebruikt wordt bij de apotheek een actueel medicatieoverzicht genoemd ofwel AMO. Op Actueel Medicatieoverzicht (AMO) lees je er meer over.

Stoppen met bloedverdunners

Gebruik je bloedverdunnende medicijnen zoals Marcoumar of Sintrom? Deze mag je vanaf een paar dagen voordat je wordt geopereerd niet meer innemen. Je specialist laat je weten wanneer je  precies moet stoppen.

Nuchter zijn

Nuchter zijn betekent dat je vanaf een bepaald tijdstip niets meer mag eten en drinken en niet mag roken. Eventuele medicijnen kun je op de gebruikelijke wijze innemen met een slokje water.

Afhankelijk van de soort verdoving (plaatselijke verdoving of algehele verdoving) krijg je te horen of je voor de behandeling nuchter naar het ziekenhuis moet komen en vanaf wanneer je nuchter moet zijn. 

Belangrijk

• Sieraden en geld kun je het beste thuis laten in verband met verlies en/of diefstal.
• Draag geen ringen aan de hand waaraan je wordt geopereerd. Laat ringen die niet af kunnen, verwijderen door een juwelier.
• Houd er rekening mee dat je de hand na de operatie niet direct kunt gebruiken. Zorg er daarom voor dat iemand je komt ophalen na de operatie.

Na de operatie

Echte complicaties komen gelukkig zelden voor. De belangrijkste complicaties die kunnen optreden zijn een bloeding en soms een wondinfectie.

Naar huis

Zodra je je weer goed voelt na de operatie mag je naar huis. Als je klachten houdt, maak je zelf een afspraak voor een controle met de polikliniek orthopedie: 0413 - 40 19 71.

Weer aan het werk

Wat de gevolgen van de operatie voor je werk zijn, kun je bespreken met je specialist. Hij of zij kan ook je bedrijfsarts hierover informeren. In verband met de wettelijke regels voor privacy moet je toestemming geven voor dit overleg tussen je specialist en je bedrijfsarts. 

Je bedrijfsarts begeleidt jou bij de terugkeer naar je werk. Daarom is het belangrijk dat hij of zij op de hoogte is van je aandoening en de behandeling. Het is goed om je bedrijfsarts al vóór de operatie te informeren, of in ieder geval zo snel mogelijk daarna. Dat maakt het gemakkelijker om goede afspraken over je werk met je bedrijfsarts te maken.

Adviezen voor thuis

Voor een optimaal herstel is het belangrijk dat je je houdt aan onderstaande adviezen.

• De wond heeft rust nodig om te genezen. Beweeg daarom zo min mogelijk en draag geen strakke kleding die druk op de wond geeft.
• Als de verdoving is uitgewerkt, kan het operatiegebied pijnlijk zijn. Je mag dan een pijnstiller nemen, bijvoorbeeld paracetamol.
• Draag bij voorkeur de eerste dag de draagdoek (mitella) zodat je arm hierin kan rusten.
• Het drukverband mag je na 2 dagen verwijderen. Zolang de wond niet droog is, plak je er een pleister op.
• Douchen mag als het drukverband verwijderd is, maar baden (nog) niet. Na het douchen/wassen is het belangrijk om de wond goed droog te deppen.
• De dag na de operatie begin je met oefeningen. Haal je arm uit de mitella, en buig en strek voorzichtig je vingers, pols en elleboog.
• Na 4 tot 8 weken mag je je arm steeds meer gaan gebruiken.

Wat doe je bij problemen thuis?

Krijg je na je thuiskomst uit het ziekenhuis klachten of problemen, bel dan met de polikliniek orthopedie: 0413 - 40 19 71 (tijdens kantooruren) of met de receptie van Bernhoven: 0413 - 40 40 40 (buiten kantooruren). 

Is het nodig om naar de spoedeisende hulp van Bernhoven te komen? Volg dan bij het ziekenhuis de borden 'Spoedpost'.

Vragen?

Heb je nog vragen na het lezen van deze folder? Stel ze dan gerust aan je behandelend arts of aan de verpleegkundige op de afdeling. Of neem contact op met de afdeling orthopedie: 0413 - 40 19 71 (tijdens kantooruren).