Plassen in een plaszak na een CT-scan met contrastvloeistof

Tijdens de CT-scan wordt contrastvloeistof in een bloedvat gespoten. Deze vloeistof maakt de beelden van je lichaam beter zichtbaar. Na de scan verlaat de contrastvloeistof het lichaam via je plas. Om te voorkomen dat deze vloeistof in het rioolwater terechtkomt, vragen we je om de eerste vier keer na de CT-scan in een plaszak te plassen in plaats van in de toiletpot. Zo komt de plas met contrastvloeistof niet in het riool. Na het onderzoek geeft de laborant vier plaszakken mee.

Hoe gebruik je de plaszak?

De eerste vier keer dat je moet plassen na de CT-scan, neem je de plaszak mee naar het toilet. Plas in de plaszak in plaats van in de toiletpot.

De eerste keer dat je op de afdeling radiologie plast, gooi je de plaszakin de daarvoor bestemde afvalbak. Ben je thuis of ergens anders, dan mag de plaszak bij het restafval. Gooi de plaszak niet in de toiletpot.

Misschien lijkt het ongemakkelijk, maar plassen in een plaszak kost net zoveel tijd en is net zo schoon als plassen in de toiletpot. In de plaszak zitten kleine korrels die de plas veranderen in een soort gel. Het wordt dus geen kliederboel.