Skip to Content

Oefeningen tegen duizeligheid

De behandelend arts heeft je geadviseerd om dagelijks oefeningen tegen duizeligheid te doen. In deze folder lees je waarom die oefeningen belangrijk zijn en hoe je deze oefeningen moet doen.  

Het evenwichtsorgaan

Je klachten worden veroorzaakt door het niet goed functioneren van het evenwichtsorgaan. Het evenwichtsorgaan zit in het binnenoor en meet draaibewegingen en versnellingen van het lichaam. De evenwichtsorganen staan via een zenuw in verbinding met de hersenen. De hersenen krijgen signalen van de beide evenwichtsorganen, maar ook signalen van de ogen en de spieren, om evenwicht te kunnen bewaren. Als de evenwichtsorganen andere signalen naar de hersenen sturen dan bijvoorbeeld de ogen of de spieren, ontstaat er een gevoel van duizeligheid. Ook wanneer de evenwichtsorganen niet goed met elkaar samenwerken, ontstaat een gevoel van duizeligheid. Het is mogelijk dat je door je klachten heel voorzichtig bent geworden in je bewegingen. Hierdoor bestaat het risico dat de functie van het evenwichtsorgaan nóg meer achteruit gaat. Juist door het trainen van het evenwichtsorgaan kan de functie van het orgaan worden verbeterd.

Oefeningen

Doe de oefeningen minimaal 2 keer per dag. Bij voorkeur een keer `s morgens en een keer `s avonds. Voer de oefeningen uit in een omgeving waar je geen risico loopt op lichamelijk letsel door je duizeligheid.

Oefeningen liggend op je rug op bed

Voer de oefeningen eerst langzaam uit en als het goed gaat steeds sneller.

  • Afwisselend omhoog en omlaag kijken en van links naar rechts.
  • Houd je vinger op 30 tot 100 cm voor je ogen. Kijk naar je vinger, terwijl je deze van boven naar beneden en van links naar rechts beweegt.
  • Je hoofd afwisselend voorover en achterover buigen en naar links en rechts draaien, met de ogen open en dicht.

Wanneer je met name bij het draaien in bed of bij het draaien van je hoofd duizelig wordt, kan de KNO-arts de volgende oefening adviseren:

  • Voordat je `s morgens opstaat, leg je een kussen zó onder de schouders dat je hoofd over het kussen heen ligt.
  • Nu draai je je hoofd naar links of naar rechts (afhankelijk of je rechts of links duizelig wordt).
  • Dan wacht je tot de duizeligheid over is en ga je zitten. Als je duizelig wordt bij het zitten, wacht dan tot de duizeligheid verdwenen is.
  • Daarna ga je weer liggen met het kussen onder de schouders.
  • Herhaal deze oefening tot je niet meer duizelig bent. Nu kun je opstaan.

Oefeningen zittend op de rand van het bed

Voer de oefeningen eerst langzaam uit en als het goed gaat steeds sneller.

  • Voer de eerste 3 oefeningen zittend uit op de rand van het bed.
  • Trek je schouders op en draai je schouders.
  • Naar voren buigen en voorwerpen van de grond oprapen.
  • Een voorwerp van de grond oprapen en boven het hoofd van de ene in de andere hand doorgeven. Volg het voorwerp met je ogen.

Oefeningen terwijl je staat

Voer de oefeningen eerst langzaam uit en als het goed gaat steeds sneller.

  • Voer de zittende oefeningen uit terwijl je staat.
  • Opstaan van een stoel met ogen open, daarna met ogen dicht.
  • Een balletje met een boog van de ene hand naar de andere hand gooien. Volg hierbij het balletje met je ogen.
  • Een balletje onder de knie door van de ene hand naar de andere hand gooien.
  • Opstaan van een stoel, op de plaats ronddraaien en gaan zitten.

Oefeningen terwijl je loopt

Voer de oefeningen eerst langzaam uit en als het goed gaat steeds sneller.

  • Door de kamer lopen met ogen open en ogen dicht.
  • Trap op- en aflopen met ogen open en ogen dicht.
  • Al lopend een balletje opgooien en opvangen.
  • Spelletjes doen waarbij bukken, uitstrekken en mikken met een balletje voorkomen.

Heb je nog vragen?

Heb je na het lezen van deze informatie nog vragen, neem dan gerust contact op met de polikliniek KNO-heelkunde.

Telefoonnummer: 0413 - 40 19 47. Route 020.